Na twaalf dagen, vol nieuwe ervaringen, zijn we er in geslaagd een derde blogbericht neer te schrijven!

We genoten van ons eerste weekend in Kameroen. Zaterdag stond een bezoek aan het nationaal museum op het programma. Uiteindelijk kuierden we wat rond op het marktje voor het gebouw en gingen we nooit binnen. Zondagvoormiddag flankeerden we Marie Paule naar de mis, voorgedragen door de bisschop. De voormiddag liep uit… tot 15 u. Toch genoten we van mooie Afrikaanse liederen en een gezellige sfeer.

 

Zoals reeds uitgelegd in ons vorige bericht, verbleven we tot en met donderdag 11 juli in Yaoundé, de politieke hoofdstad van Kameroen.
Lang genoeg, zo bleek. Maandag 8 juli brak bij Olmo, ‘le capitain’,  immers hoge koorts uit. Dankzij de alertheid van onze Kameroense familie, werd hij tijdig naar het ziekenhuis gebracht. Na enkele nachtelijke onderzoeken en lang wachten, volgde het verdict: MALARIA. Doemdoemdoemdoem
De dokters handelden snel en na drie dagen, met extra hospitaalbezoeken, kon Olmo opnieuw eten. Marie Paule zag dus dat het goed was.

Alsof dat nog niet genoeg was, werd Annelies, de flinke dochter, een dag later ook richting het ziekenhuis afgevoerd. Het verdict: Geen piment meer voor Annelies, gelukkig. Ondertussen bleef Jeroen, ‘le bébé’, de sterkte zelve en baande zich moedig een weg door de vele onderhandelingen.

Uiteraard zette ieder van ons, op zijn eigen manier, de zoektocht naar componenten en gereedschap enthousiast verder. Opnieuw konden we op heel wat hulp rekenen bij het aankopen van materiaal en het afbieden van de kostprijs.
Nu restte enkel nog de volgende vraag: “Hoe krijg je in godsnaam drie reservoirs van 5 m³, 1000 m waterleiding, 2 ton cement, gravel en alle 14 zonnepanelen onbeschadigd tot aan onze projectlocatie?”
Het antwoord op die vraag bleek natuurlijk heel simpel. Huur een vrachtwagen die eigenlijk slechts de helft van het volume (en gewicht) aankan en laat de reservoirs ergens bovenaan ‘zweven’. Zo gezegd, zo gedaan.
Donderdag 11 juli werd dus een zware dag. Al het bestelde materiaal werd afgehaald en op deskundige wijze werd de ‘camion’ gevuld.

Vrijdag 12 juli was het zover! Zowel wij, als de camion, zouden de lange tocht van 5 uur overbruggen om Nko’o te bereiken. De camion vertrok rond 4 u ’s nachts. Onze bestelde pick-up met chauffeur kwam jammer genoeg niet opdagen. Met een paar uur vertraging, konden ook wij rond 12 u ’s middags de baan op. Bij elke kilometer die we aflegden, werd de omgeving rondom ons steeds groener en desolater en woester. We genoten nog van de laatste geasfalteerde wegen en kwamen ten slotte terecht in het regenwoud.

Zoals reeds vermeld, vertrok de camion heel wat vroeger dan ons. Dit omdat rekening werd gehouden met mogelijke hindernissen en dus vertragingen. En o ja, die waren er… Omstreeks 17 u in de namiddag troffen we, samen met een aantal vermoeide chauffeurs, het volgende aan:

Iets meer dan een uur later, arriveerden we in Logmaï. Een welkomstbanner bedrukt met onze namen en hoofden maakte deel uit van een zoveelste warm ontvangst. Er was muziek, er werd gedanst en er werd gezongen.

Eenmaal gewend aan de nieuwe omgeving, konden we écht aan de slag. We troffen de eerste voorbereidingen, duidden het graafwerk aan en startten de aanleg van het betonnen platform. De graafwerken schieten verbazingwekkend goed op en het betonnen platform zal eeuwen meegaan… We hopen dat alles de komende weken ook zo vlot zal verlopen.

Nog een sfeerbeeldje…

Humasol