De Ghanaian Maybe Time heeft ons dan toch niet te veel tegengewerkt (zie vorige blog): met slechts één dag vertraging zijn de werken op woensdag gestart. Om te beginnen werden twee werkdagen gespendeerd aan het kappen van de bush en konden we vrijdag geulen graven voor de leidingen. De werk‘dag’ begint om 6 uur ’s ochtends en eindigt – in het beste geval – om 9 uur, aangezien het daarna te warm is.
Alle begin is moeilijk en op de eerste dag werd er slechts 33 meter gegraven. Op dat tempo zouden we 88 dagen nodig hebben om alle kraantjes te installeren! In het weekend wordt er eigenlijk niet gewerkt, maar om het vooruit te laten gaan, hebben we op zaterdag met z’n drieën toch de handen uit de mouwen gestoken. Dit bleek een wake-up call. Het watercomité besefte dat de community een tandje bij moest steken. Drie dagen later was de eerste geul van 460 meter, tussen het boorgat en de reservoirs, klaar!

Hendrik en Astrid hard aan het werk

Hendrik en Astrid doen alsof ze hard aan het werk zijn

Voor de componenten moesten we echter wachten op Kwaku, de projectcoördinator van de Belgische ngo FOS. Op vrijdag was hij in Adjobue – zonder componenten – om nog enkele issues binnen de community uit te klaren en vragen te beantwoorden. Daarnaast bracht hij ook een bezoek aan onze verblijfplaats, een compound voor studenten van de universiteit van Cape Coast, en zag dat het in orde was. Ook van het geleverde werk was hij zeer tevreden. De leidingen werden gisteren geleverd, de overige componenten staan te wachten in de haven van Tema en zouden op vrijdag aankomen.

Loslopend wild op bezoek bij onze verblijfplaats, een compound voor studenten

Meeting met Kwaku in Adjobue

Ondertussen zijn we ook helemaal geïntegreerd in Adjobue. Alberta stak ons in het nieuw, we kunnen enkele Ghanese gerechten bereiden en spreken zelfs al een aardig mondje Twi. Elke wandeling door het dorp gaat gepaard met volgende conversatie, en dit tegen iedereen die ons
pad kruist:

Ma-achye / Ma-aha / Ma-adjo! (Goedemorgen / goedemiddag / goedenavond)
Yenya, mohotesen? (Bedankt, hoe gaat het met jullie?)
Eye, naomsue? (Goed, en met jou?)
Eyoooo!
*schatergelach*

Met onze nieuwe kleren trokken we naar de kerk, uiteraard ook ontzettend belangrijk voor onze integratie. Ons doel is om alle kerken in Adjobue te bezoeken en dat zijn er heel wat! Dit weekend werden we bijvoorbeeld uitgenodigd door Nana Asante Gyma, de ‘vice’ chief, die nog 20 jaar in
de VS gewerkt heeft als taxichauffeur. We worden telkens hartelijk ontvangen en geïntroduceerd, een uitgelezen kans om enthousiasme te wekken voor het project. Naast onze echte naam hebben we vanaf nu ook een Ghanese naam, die bepaald wordt door de dag van de week waarop
je geboren bent. Zo is Hendrik Kwame (zaterdag), Natan Yaw (donderdag) en Astrid Abena (dinsdag). Eigenlijk is Astrid op zondag geboren, maar heel Adjobue is al in de ban van ‘Madam Abena’, dus laten we maar begaan. Kwame heeft tweemaal kennis gemaakt met de asfalt van
Adjobue: eerst door in de goot te blijven hangen, daarna tijdens een potje street soccer. Yaw ontfermde zich in de kerk over een baby, die overduidelijk verliefd op hem was. De liefde was wederzijds, tot Yaw zijn schoot warm werd door een onaangename boodschap van het schattige meisje.

Zoals de Humasol-traditie het wil, een foto in traditionele outfit!

In de kerk met Nana Asante Gyma

Overigens bekeken we in Kotokuom de pomp die we gaan vervangen, en bezochten we Muchyia, het dorp waar de Assembly Man (zie vorige blog) lesgeeft. In dit dorp is de waternood nog veel groter dan in Adjobue: er zijn slechts twee manuele pompen, die elk maar twee uur water kunnen voorzien per dag, wat leidt tot grote wachtrijen. De inwoners halen daarom water uit een lager gelegen stroom, met veel ziektes tot gevolg. Om de watervoorziening echt te verbeteren, moet er eerst een nieuw boorgat gegraven worden, dat wel voldoende water kan voorzien. Hopelijk kan de Ghanese overheid dit probleem aanpakken.

Huidige bron van water voor Muchyia

KYA out

Humasol