Ejoka! Het is even geleden, maar ons werk stond niet stil. De voorbije weken zijn de werken omtrent de waterfaciliteit waarover we in vorige blog spraken volledig afgelopen en moeten we enkel nog wachten op de regen. Ook het composteerproces is goed op gang: over twee weken zal de eerste hoop klaar zijn en vanaf dan produceren we wekelijks fertilizer! Verder zijn de werknemers op de boerderij volledig in staat het proces zelfstandig te runnen en zijn wij niet langer nodig. Ondertussen werkten we aan de bekendmaking van het bedrijf en onze initiatieven bij de lokale overheid en trachtten we contacten te leggen voor het verwerken van andere afvalfracties in de toekomst. We namen deel aan een evenement in Mukono district, bezochten de grootste stortplaats van het land en gingen langs bij de recyclagefaciliteit van Coca-Cola. De eerste zaterdag van elke maand organiseert Mukono Council een clean up in het centrum van de stad. Dat vernamen we toch. Zonder meer info gingen Thomas en Celien die dag naar de Mayor’s Garden in de hoop er een enthousiaste groep vrijwilligers te ontmoeten. Helaas, niemand. Na het aanspreken van een aantal medewerkers in het stadhuis, wisten ze ons te vertellen dat het evenement al drie dagen op gang was en dat ze zich naar de markt moesten begeven om de laatste loodjes te helpen dragen. Een korte bodabodarit (lees: motortaxirit) bracht hen daarheen en direct werd hun aanwezigheid erg geapprecieerd. Blanken die de straten opruimen, een uniek schouwspel in Oeganda. Deze menigte – vergezeld door twee “abazungu”-  trok de aandacht die de actie verdiende. De organiserende vrijwilligers en deelnemende schooltjes stelden onze aanwezigheid op prijs en hielden zich niet in om tijdens het afvalrapen naar onze motivatie te peilen. Zo ontmoetten Thomas en Celien vele inspirerende vrijwilligers, een Namibische priester en gemotiveerde schoolkinderen. De opruimactie eindigde waar ze begonnen was: in de Mayor’s Garden waar ook Anton en Helena de anderen vervoegden. Na wat napraten met de deelnemers, weergalmden plots Afrikaanse hitjes door de boxen. Dit was het startsein voor een dancebattle waarin de verschillende deelnemende scholen het tegen elkaar opnamen. Voor ons totaal onverwacht. Aanwezige ouders, politici en bezoekers vormden het publiek. Volledig op zijn Afrikaans, dansten de kinderen de pannen van het dak, maar dit volstond niet. Onze aanwezigheid was niet onopgemerkt gebleven en er moest ook een team van de “abazungu” deelnemen. Celien en Anton namen de uitdaging met plezier aan, maar zoals enigszins verwacht werd Anton in de eerste ronde naar huis gedanst. Niettemin werd zijn aanstekelijk enthousiasme zeker en vast geapprecieerd. In een volgende ronde bleef slechts één kandidaat per strijdend team over, waarbij onze eer vol overgave verdedigd werd door Celien. En met succes, ze overleefde niet enkel de eerste maar ook de tweede ronde waardoor ze buiten verwachting in de finale stond. In een ultieme 1-tegen-1 dancebattle zou de strijd gestreden worden. Het werd een nek-aan-nekrace, tot de laatste ronde waarin een traditionele Oegandese dans gedanst werd. Na een korte inleiding billenschudden, was Celien helemaal klaar voor dit laatste onderdeel. Beide kandidaten waren duidelijk aan elkaar gewaagd, maar het publiek koos als volgt: Celien was de winnaar van de battle. Deze ietwat aparte manier gaf ons de vrijgeleide om een gesprek te starten met de burgemeester van Mukono. Na ons voorgesteld te hebben, was zijn interesse gewekt en konden we een afspraak met hem vastleggen. Kortom, Celiens dansskills zorgden uiteindelijk tot een afspraak met de burgemeester van een stad van meer dan 200.000 man. Een mooie kans voor Waste Masters! We zijn heel enthousiast dat de stad Mukono en zijn open-minded burgemeester belang hechten aan een goede omgang met afval. In Mukono mag dan wel drive zitten om de afvalproblematiek aan te pakken, Kampala schikt zich in een volledig ander verhaal. Net zoals Gil en Isabel van Waste Masters I hebben ook wij een bezoek gebracht aan de dumpsite in Kiteezi. Al het afval van Kampala en omstreken belandt daar. Onze gids leidde ons graag rond op de site. Hij is een 28-jarige ingenieur die als hoofdtaak moet voorkomen dat deze enorme, instabiele afvalbelt omvalt op de omringende huizen. Een immense verantwoordelijkheid! Hij leerde ons dat Kiteezi enkele jaren terug ontstond als een kleine, maar frequent gebruikte dumpsite. De stortplaats groeide systematisch uit tot de huidige oppervlakte, equivalent aan 32 voetbalvelden. Elke dag wordt er ongeveer 3000 ton afval gestort. De geur die dat afval met zich meebrengt, is op anderhalve kilometer afstand nog duidelijk waarneembaar en het water dat uit de hoop lekt, eindigt door de kapotte zuiveringsinstallatie zonder genade in de bodem. Omringende landbouw stort uiteraard ineen. De hoogte is op sommige plaatsen meer dan 30 meter, dit zorgt voor een enorme druk waardoor de vorming van methaangas wordt gestimuleerd. Dit ontplofbare goedje zorgt dat de 700 informele waste pickers, mensen die waardevolle materialen verzamelen en doorverkopen, en al de zieke dieren op de stortplaats voortdurend in levensgevaar verkeren. Hoe gaat de overheid hiermee om? Jaarlijks wordt 750 000 euro aan de kant gehouden voor het onderhoud van deze site. Een veel te klein bedrag, waarvan een grote hap aan de handen van enkele beleidsmakers blijft plakken. Men blijft hopen op een investeerder die potentieel ziet en dit probleem wil aanpakken, maar vanuit de overheid wordt niets ondernomen. De waste pickers op Kiteezi verzamelen vooral plastiek. Dit verkopen ze door aan truckchauffeurs die hen cash uitbetalen. Uiteindelijk wordt het plastiek naar enkele omliggende plastiekrecyclagebedrijven gebracht. De meeste hiervan zijn Chinees en laten geen bezoekers toe, we vermoeden dat dit omwille van de slechte werkomstandigheden is. Coco-Cola daarentegen is heel open naar bezoekers toe. Hun recyclagefaciliteit draait geen grote winsten, maar zo probeert het bedrijf wel bij te dragen aan de ontwikkeling van het land. Uit ons bezoek bleek dat het bedrijf heel goed werk levert. Arbeiders worden goed uitgerust en krijgen een degelijk loon. De fabriek schikt over een wasinstallatie waar de plastiekstroom grondig wordt schoongemaakt en een shredderinstallatie die de plastiek in kleine stukjes hakt. Het geproduceerde afvalwater wordt ter plaatse gezuiverd en de verhakselde plastiek wordt opgeslagen en verkocht aan kunststofbedrijven als grondstof. De fieldmanager die ons rondleidde in de recyclagefaciliteit liet ons weten dat ze graag onze plastiekfractie overkopen. Dit is een heel mooie kans naar de toekomst toe. Er is nog heel veel werk vooraleer de bevolking waarbinnen we werken het belang van goed afvalmanagement inziet. We moeten de mensen tonen wat de gevaren voor de gezondheid en de landbouwproductiviteit zijn als er niet op een juiste manier met afval wordt omgesprongen. Gelukkig zijn er al verschillende initiatieven vanuit ngo’s, multinationals en lokale overheidsinstanties die zich met het probleem bezighouden. Wij kunnen dit alleen maar aanmoedigen! Greetings, Your team!
Humasol