Spelende kinderen, lachende ouderen, en toevallige voorbijgangers, allemaal staren ze ons met grote ogen aan wanneer we ons te voet door het stoffige Kidima-Lemba verplaatsen. Wij zijn “mundele”, blank. Sommige dappere zielen wagen het om ons ook zo aan te spreken, anderen houden het dan weer bij staren. De mensen hier zijn het duidelijk niet gewoon om mundele’s te zien. Wij worden hier dan ook als filmsterren bekeken. Wie dacht dat je hier als blanke op zondagmiddag rustig naar de plaatselijke voetbalmatch kon gaan kijken, is eraan voor de moeite.

Voor we zelfs maar het veld hadden bereikt, werden we al omsingeld door een troep nieuwsgierige kinderen. Tot overmaat van ramp stopte er net een auto met, jawel, 4 mundele’s aan boord. Onder grote publieke belangstelling sloegen we dan maar een gezellig babbeltje met het gezelschap bestaande uit Amerikaanse toeristen die hier eind jaren ’50 nog hadden gewoond.

Toen we ons even later (eindelijk) op de match konden concentreren, werd er bijna meer naar ons gekeken dan naar de voetballers. Alleen toen er door de thuisploeg werd gescoord nam de belangstelling voor ons even af; de toeschouwers bestormden het veld en begonnen te feesten alsof ze net kampioen geworden waren (wat niet het geval was, ze hadden gewoon gescoord).

Niet alleen in het dorp ben je als blanke een speciale gast. Ook in de kerk kan je rekenen op heel wat aandacht. Neem bijvoorbeeld de mis van vorige week: zonder een woord te verstaan van wat de priester zei, moesten we tijdens de marathonmis die maar liefst 4 uur (!) duurde, plots gaan rechtstaan en kregen we spontaan applaus van de aanwezigen. Gelukkig duurt niet elke mis hier 4 uur: een normale zondagsmis duurt zo’n 2,5u. (Vorige week was speciaal omdat er een koor uit Boma was komen zingen.) Vast staat wel dat de mis hier veel vrolijker en uitbundiger is dan in België: er wordt gezongen en gedanst, en bovendien zit de kerk meestal ook bomvol. Elke eredienst is hier dan ook een hele belevenis.

We verblijven nu al een drietal weken bij de zusters in Kidima, en we hebben hier niet te klagen. De zusters zorgen echt goed voor ons. We krijgen lekker (en veel) eten, een mix van westerse gerechten zoals pistolets, pasta en pannenkoeken, en typisch Congolees eten, zoals vis, rijst en maniok. Alleen is er geen stromend water en valt de elektriciteit elke dag minstens een paar uur uit. Alle watergerelateerde dingen (douchen, WC doorspoelen, …) gebeuren hier dus met emmers, en als je ’s avonds naar buiten gaat kan je maar beter een lamp op zak hebben als je je weg wilt terugvinden in het geval van een stroomonderbreking. Dat maakt het natuurlijk allemaal wat avontuurlijker, maar het is toch opvallend hoe snel je went aan een dergelijke situatie. Zo zie je maar weer hoe relatief alles is: wat voor een luxeleventje we eigenlijk leiden in België en hoe weinig we die luxe eigenlijk nodig hebben.

Gisteren kregen we de kans om iets speciaals mee te maken. De plaatselijke hogeschool, waar ook enkele zusters lesgeven, hield zijn proclamatie voor de afgestudeerden. Op het eerste zicht verschilde het niet zo veel van een proclamatie in België: veel speeches, wat muziek, en vooral veel trotse familieleden en kennissen. Alleen wordt de ceremonie in België meestal niet verstoord door een plots passerende kudde geiten. En meestal heeft de presentator in België niet de ondankbare taak om een hysterische, feestende massa in te tomen. Er was dan ook overal politie om in te grijpen indien nodig. (Het was gelukkig niet nodig.)

Om de sowieso al uitzonderlijke dag af te sluiten, kregen we die avond de kans om de dag nog wat specialer te maken. Samen met enkele zusters waren we namelijk uitgenodigd op het afstudeerfeestje van een van de studenten. Onder begeleiding van traditionele Congolese muziek werd het een geslaagde avond voor alle betrokkenen. Zelfs de zusters lieten zich overhalen om mee te dansen. Op het einde van het feest was de afgestudeerde student zichtbaar gelukkig dat zijn feest werd opgeluisterd door de aanwezigheid van niet één, maar drie mundele’s.

Zo, dat was het voor nu. Tot binnen een paar dagen!
Yoyo!

Humasol